
ZONSONDERGANG
Het is doodstil.
Aan het strand en in de hele natuur.
De avond valt.
Verdwenen is het blauwe puur van de zomerse wolkeloze hemel.
Nu trekt een gloed over de wereld.
De zee wordt rood als bloed.
Aan de kim strekt zich een bol uit, rond en groot.
Een vlammend vuur in oranje en rood.
De zon schittert als een koning die regeert over de wereld.
Geuren, zoet als honing, vullen de lucht.
De aarde kreeg een vuurrode tooi.
Bij zonsondergang lijkt alles zo vredig, zo mooi.
De hele wereld rust, kijkt nog eenmaal naar die pracht.
Het laatste restje avondrood wordt verdreven door de nacht.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten